Hai Japan! We zijn er!
Laten we beginnen met de positieve ervaringen, dat leest wel zo lekker weg. Ik weet dat mensen altijd denken dat we het niet naar ons zin hebben als ik weer met mijn zwarte humor onze bijzondere ervaringen beschrijf, maar ik vrees dat er toch echt weer een heel relaas gaat komen deze keer. Ik kan jullie meteen ook verzekeren dat wij er de humor (meestal) nog wel van in kunnen zien, vooral achteraf, als we weer ergens met een lekker kopje koffie in alle rust onze foto's kunnen bekijken bijvoorbeeld. Maar soms maken we nou eenmaal dingen mee, die zelfs Murphy niet had kunnen bedenken. Dat is zoals het is en zo vertellen we het dus ook. Maar er zijn ook genoeg positieve elementen, zoals flexibele, enthousiaste en blije kinderen, die het allemaal prima draaglijk houden.
Afijn, de positieve noten eerst. De service bij Schiphol was absolute top. Voordeel van reizen met een baby is dat je sowieso veel voorrang krijgt in wachtrijen, een internationaal gebruik. Bij Schiphol mochten we zelfs gebruik maken van de nieuwste types superdeluxe scanners van de douane, waardoor we niets hoefden uit te pakken, geen stress met alle spullen weer bij elkaar zoeken, schoenen weer aantrekken, kinderen weer bij je houden en hopen dat de buurman niet je ipad en portemonnee uit je bakje jat. Gewoon tassen erin, tassen eruit en binnen 5 minuten stonden we al bij de gate. Heerlijk relaxed nog kunnen lunchen, ruim op tijd om te boarden. En bij het boarden was ook de service van KLM helemaal top. We kregen voorrang vanwege de baby, konden in alle rust het vliegtuig in, rustig spulletjes opbergen, stewardessen komen gezellig een praatje maken. Hele nette service gedurende de reis en erna. Niks te klagen tot zover.
Elf uur vliegen is lang, maar op zich ging het eerste deel nog best vlotjes. Het tweede deel duurde voor ons gevoel iets langer. Cyenn hield zich ook prima, papa was haar magische sleutel om te kunnen slapen en volmaakt tevreden lag ze bij hem op schoot op haar luchtbedje (toch echt het ideale reis-attribuut voor (langere) vluchten met baby's, het deryan airbed, tip voor alle ouders :-)).
Maar gedurende de vlucht ging het vliegtuig toch wel aardig op en neer en rondom Tokyo werd dat erger, omdat we gingen dalen en door de wolken moesten. Onze kleine held met reisziekte kreeg dus al bij het ontbijt geen hap meer door zijn keel en niet veel later kwam dat wat hij nog wel had gedronken ook weer uit zijn keel. Terwijl we zijn rommel met doekjes en zakjes zoveel mogelijk aan het opruimen waren, besloot ook de jongste reisheldin dat haar maag beter leeg kon zijn en ook daar konden we de zakjes voor gaan pakken. Net toen we dachten dat dat vast op moest luchten en het vliegtuig allang geland was, maakte het vliegtuig taxiënd nog 1 laatste flinke bocht en synchroon gooiden beide kinderen nog even een laatste restje maaginhoud over ons allebei heen. Heerlijke aankomst zo.
Bij het ophalen van de bagage werden we besnuffeld door 3 drugshonden, die vrij intimiderend met hun begeleider rondjes liepen rondom de bagageband. Maar buiten dat kregen we ook hier weer de VIP behandeling, zodat we buiten de rijen om door de paspoortcontrole mochten. Ideaal.
Na aankomst dus eerst maar eens kinderen verschoond en even bijgekomen van de vlucht en vervolgens op zoek gegaan naar het loket van de camperverhuur. Daar was niemand, maar er stond een bordje dat je met de telefoon die er lag moest bellen. Dat lukte en ze wisten ook meteen wie we waren, dat scheelde. Beetje jammer dat we ons vluchtnummer hadden doorgegeven en ze dus wisten wanneer we zouden aankomen, maar goed, ze waren er binnen een kwartier. Vanaf het vliegveld moesten we toen nog met een busje naar de ophaallocatie van de camper, met duizend excuses dat ze er niet op tijd waren.
Vervolgens namen we het huurcontract door en zei de medewerker tegen ons: Now, you're good to go. En wij zeiden: moeten we niet eerst eens bij de camper gaan kijken? Oh ja, dat kon ook. We moesten zelf vragen om een formulier om alle beschadigingen die al op de camper zaten te registreren. Maar dat niet alleen, we constateerden ook dat de stroomkabel ontbrak. En de ramen konden niet open blijven staan. Ze wisten eigenlijk zelf niet hoe de camper werkte, want ze werkten als tussenbedrijf tussen de camperverhuurder en ons. Dus alles moest uitgezocht worden en duurde en duurde. En de beloofde Engelse navigatie bleek ook niet aanwezig, die werkte alleen in het Japans... Helaas hebben we niet eerst Japans gestudeerd voordat we hier kwamen, dus dat wordt een wel erg grote uitdaging. Ze wilden ons eerst nog wegsturen met de opmerking dat ze voor ons de navigatie naar een camping hadden ingesteld en dan moesten we maar naar de plaatjes kijken. Dat leek ons toch niet zo'n strak plan, vooral ook omdat we betaald hebben voor de navigatie. Dus na lang wachten zou de eigenaar van het bedrijf zijn privé tablet komen brengen met een mobiele router, zodat we google maps zouden kunnen gebruiken. Dat zou alleen wel een uurtje duren, voor hij er kon zijn. Intussen was het al het begin van de middag (terwijl we om half negen 's ochtends waren aangekomen) en we hadden nog niet eens geluncht. Ze brachten ons daarom terug naar het vliegveld, naar een andere terminal, zodat we daar konden lunchen, terwijl die eigenaar dan onderweg was. Niet een heel groot succes, want het eten was duur en smakeloos en bovendien ging die hele terminal op en neer, dus zowel Tiaz als Yvonne kregen geen hap meer door hun keel.
Toen we daar klaar waren moesten we weer naar de balie van het verhuurbedrijf om te vragen of we weer opgehaald konden worden. Dat was ook nog ingewikkeld, want de dame bij de balie wist natuurlijk van niets en wie waren wij dan en hoezo was onze camper nog niet klaar? Maar het lukte en we konden weer terug en de eigenaar was er inmiddels ook met zijn tablet. Duizend excuses opnieuw. De ramen snapte hij ook niet hoe dat kon, maar ja dat was dan maar zo. Inmiddels hadden we twee oververmoeide kinderen en waren zelf ook aardig total loss, dus we wilden zo snel mogelijk naar de camping. Die stelden ze voor ons in op de navigatie en dan zou het goedkomen. Maar na een half uur rijden kwamen we uit in de middle of nowhere en geen camping te zien. Dus zelf maar via google maps wat anders gezocht en gelukkig gevonden. Het was prijzig, maar we konden erin en hadden een prima plekje.
Slapen bleek vervolgens toch wel een uitdaging, want Cyenn stond nog in de Nederlandse tijdzone en stond rechtop in bed te brullen. Tiaz was zo moe dat hij daar doorheen sliep, maar toen zij klaar was, zo rond middernacht, begon hij half slaapwandelend te praten en viel daarbij ondersteboven uit zijn bed. Daarna was hij nog steeds niet wakker en raaskalde nog een tijdje door. In de uren daarop had hij een bloedneus, een loopneus, dorst, was hij net te laat bij de wc en dus zijn broek nat en was hij Dikkiedik kwijt. Kortom, veel rust is er die nacht voor niemand geweest.
De eerste avond was het al laat en waren we moe, dus we hadden niet de moeite genomen om te koken. We hadden alleen wat rauwkost, fruit en broodjes gegeten en waren daarna snel gaan slapen. Maar toen we 's morgens een kopje koffie wilden zetten bleek dat we helemaal geen gas hadden. Toen bleek dat er gewoon geen gasflessen inzaten, die moesten we zelf nog kopen blijkbaar. Ook nog nooit meegemaakt bij een camperhuur. Maar goed, dat was op te lossen en daarna werkte het. De waterpomp kregen we niet aan de gang, wat we ook probeerden en dat vonden we een groter probleem.
We hebben eerst maar orde geschept in de camper en alle bagage uitgepakt en de kastjes gevuld. De rest van de dag hebben we nodig gehad om bij te komen en op te frissen.
De volgende dag wilde Yvonne nog graag even douchen en daarna zouden we teruggaan naar de camperverhuurder, om aan te geven dat de waterpomp niet werkte. Daarnaast hadden we ontdekt dat een gordijn was gescheurd en het achterraam klapte er gewoon uit als we hem opendeden. Maar dat douchen was ook nog een ding. Je moest namelijk van tevoren betalen en dan kreeg je een bonnetje mee. Mark had dat de dag ervoor gedaan en had succesvol kunnen douchen. Maar toen Yvonne wilde gaan, stond er een Japanse schoonmaakster, die wees op een bordje en het enige Engels dat ze kon was "Shower no!". Op het bordje stonden Japanse tekens en de cijfers 15:00 - 21:30. Blijkbaar mocht je dus voor 3 uur 's middags niet douchen. Dan sta je daar, je ziet de douches, ze zijn gewoon vrij, je bent na een vlucht en een dag uitbrakken ontzettend toe aan een verfrissende douche en je mag er verdorie niet in! Grrrr. Maar goed, no was no, en Yvonne mocht er niet in. Dus, teruggelopen naar de camper (wat ook nog een eind lopen naar de overkant van de weg was) en maar aan een wastafeltje bij de wc de tandjes dan in ieder geval gepoetst en maar een pot deo er tegenaan gegooid. Komt er opeens een meisje van de camping aangelopen, die zegt: "Shower? Yes, come now!" Oké, het mocht dus toch... Met drie man sterk werd Yvonne terugbeleid naar de douche en mocht er toch nog gedoucht worden, al moesten ze hartelijk lachen om die gekke buitenlander die zo nodig 's ochtends vroeg wil douchen...
Fris gedoucht kwamen we dus om 11 uur 's ochtends terug bij het verhuurbedrijf, waar ze eerst uitgebreid gingen testen met de eigenaar van de camper aan de telefoon, of ze de waterpomp toch niet aan de praat kregen. Maar een uur later was wel duidelijk dat ze een vervangende camper moesten gaan regelen. Natuurlijk is dat allemaal niet zomaar geregeld, dat kon wel een uur of drie duren... Maar, we konden ook zelf naar de locatie van de campergarage gaan, dat was een uur rijden en dan kon het allemaal sneller. Het was op de route richting Tokyo, waar we heen wilden, dus we besloten dat dan maar te doen. Wederom duizend excuses, maar daar kopen we niet veel voor.
Bij de camperlocatie aangekomen wilde de eigenaar ons eerst een ander type camper geven, maar die had minder opbergruimte en een onhandige indeling, waardoor we over beide kinderen heen moesten springen als we zouden gaan slapen. Dus we gingen niet akkoord en mochten toch hetzelfde type camper hebben, maar die moest nog eerst schoongemaakt worden. Daar leek alles wel bij te werken en we kregen er zelfs Engelse navigatie bij, twee gasflessen en een magnetron, ook erg handig. Enige ding van de Engelse navigatie is, hij kan Engels spreken en het menu is in het Engels, maar als je wil zoeken, dan moet je dat in Japanse tekens doen... En dat zou op zich nog een optie zijn, als je die tekens in google kunt vinden bijvoorbeeld, maar het Japans heeft drie verschillende schriften en die van google is niet die van de navigatie. Dus dan moesten we de eigenaar van de camper maar via messenger laten weten waar we heen wilden en dan zou hij ons de juiste tekens sturen... Andere optie is dat we via een kaartcode zoeken, die we zelf via een website kunnen achterhalen, dus daar gaan we wel mee vogelen.
Nou, eind van de middag was de camper dan klaar voor ons en konden we de spullen gaan overhevelen van de ene naar de andere camper. Tiaz hielp ook lekker mee met zijn eigen spulletjes. Alleen, de vloer van de garage was van beton en het regende buiten, dus de vloer was ook her en der nat en we moesten op blote voeten lopen, omdat je in de camper niet met je schoenen mag. Zo gebeurde het dat we achter ons een harde klap hoorden en Tiaz letterlijk op zijn neus lag. Het zag er niet best uit en het begon meteen flink te bloeden. Dus, een detour naar een ziekenhuis! De mannen van de garage vielen bijna flauw toen ze het bloed zagen, dus die sprongen meteen in de auto en reden Yvonne en Tiaz met ijs op zijn neus naar het ziekenhuis, terwijl Mark en Cyenn bij de camper en spullen bleven. In de auto stond een gezellige Japanse maffiafilm op, die niet bepaald geschikt was voor jeugdige kijkers. Gelukkig kon Yvonne dat de chauffeur duidelijk maken, zonder dat hij meer dan drie woorden Engels sprak.
Het eerste ziekenhuis (jawel, er volgden meerderen), bleek een soort kliniek middenin een winkelcentrum te zijn. Heerlijke neonverlichting, herrie, kinderspeeltuinen, shoppende mensen en daar loop je met je bebloede kind. Vier roltrappen later bleek dan in een hoekje de kliniek te zitten, bomvol met wachtende mensen. Maar al snel bleek dat daar geen dokter was, die de neus zou kunnen zetten, als die gebroken zou zijn. Dus, op naar ziekenhuis nummer 2. Helaas, het was zaterdag en dan krijgen Japanse mensen geen ongelukken, want alle dokters zijn vrij en ziekenhuizen dicht. Jawel, we hebben het hier over de miljoenenstad Tokyo. Maar goed, we hadden goede hulp van de mannen van de garage, die hun uiterste best voor ons deden, konden praten met de mensen van het ziekenhuis en konden rondbellen voor een aanwezige dokter ergens. Die vonden ze, maar die zou er maar tot 5 uur zijn en het was inmiddels kwart voor 5. Ze vroegen de dokter op ons te wachten en net voor 5 uur waren we daar. We werden vrij snel geholpen en er werden twee röntgenfoto's gemaakt van de neus, maar gelukkig was er niks gebroken. Opgelucht konden we weer naar de camper terug. De mannen van de garage vonden het zo erg allemaal, dat ze onze dokterskosten zelfs betaalden. Wij waren vooral heel blij dat zij er waren.
Inmiddels was het dus al wel heel laat en we moesten nog naar een camping rijden. De eigenaar van de camper wist wel een soort camperstaplaats voor ons, op een zogenaamd rv park, maar dat was nog anderhalf uur rijden en niet in de richting waar we heen wilden. We besloten dat aanbod dus af te slaan en te gaan naar de camping volgens ons eigen plan. We moesten alleen midden door de spits door Tokyo, dus dat duurde allemaal erg lang en toen we aankwamen was het al donker. Toen bleek ook nog dat je alleen in kon checken op de camping tussen 11 en 4. Dus ook al was er een medewerker van de camping aanwezig, ook hier waren regels belangrijk en we kwamen er niet in. Om dat te onderstrepen zette hij nog maar een extra paal met een ketting voor de ingang neer.
Daar stonden we dan in het donker en we hadden nog niet eens gegeten. Vervolgens liet google maps ons ook in de steek en die leidde ons door de wirwar van wegen steeds langs een campingplaats in plaats van er naartoe. Het werd een hopeloze rit, we werden allemaal opnieuw total loss en besloten uiteindelijk maar op een parkeerplaats langs de snelweg te gaan staan, waar een wc gebouw en koffie automaten waren. Laten we het er op houden dat dit niet de beste plek van Tokyo was, maar op dat moment hadden we even geen keuze en de kinderen konden in ieder geval prima slapen. De volgende ochtend met gierende banden verder. En door.
We hadden wel uitzicht op de prachtige brug van Tokyo vanaf onze gezellige parkeerplaats.
We wilden eigenlijk Tokyo zelf nog in, maar het is best lastig om daar met een camper te komen. Parkeerplekken zijn duur en niet groot genoeg voor een camper. Dus als we dat zouden doen, zouden we met een trein moeten en daar ergens parkeren met ons hele hebben en houden. Na alle gedoe tot nu toe en tijd die we hiermee verloren zijn, vonden we het een beter plan om de grote stad even te laten voor wat het is en verder te trekken naar mooiere en rustigere gebieden. Dus op naar mount Fuji.
De camping die we daar op het oog hadden was erg mooi, met uitzicht op mount Fuji. Maar helaas, het is maandag een nationale feestdag, dus op zondag 5 uur sluit deze camping. Onze tweede optie voor een camping bleek onvindbaar. Uiteraard hadden we op die plek geen internetverbinding meer en werd het dus opnieuw een uitdaging om met google maps een alternatief te vinden. Maar we vonden een gebied waar meerdere campings bij elkaar zouden moeten zitten, dus maar weer verder gereden daar naartoe. Daar vonden we met wat speurwerk en een gokje dat we de ingang hadden gevonden, inderdaad een camping die ons wel toeliet. Wederom een prijzig plekje en dan moet je nog los betalen voor je douche en kun je niet afwassen met warm water. Maar het is hier rustig, vredig, middenin de bossen, we zijn de enige gasten en hebben alles wat we nodig hebben. Het is hier een mooie omgeving, dus we gaan hier gewoon even een extra nachtje blijven om rond te kijken en bij te komen van de chaos tot nu toe.
Een voorbeeldje van hoe de navigatie er hier uitziet.
Een voorbeeld van de duidelijke bewegwijzering.
Ze zijn hier dol op dit soort automaten.
En in de supermarkt ben je ook wat extra tijd kwijt met het uitzoeken waar je eigenlijk naar kijkt.
Het zoeken naar een camping blijkt door de taal en gebrekkige navigatie toch echt wel een uitdaging. We kunnen niet aan het einde van de dag gokken dat we wel ergens kunnen komen en moeten er echt ruim de tijd voor uittrekken. Dat slokt nu zoveel tijd op, dat er eigenlijk geen tijd over is om dingen te bekijken en leuke dingen te doen hier. Dus dat moet anders. Gelukkig hebben de kinderen er helemaal geen last van. Ze vermaken zich allebei prima, passen zich heerlijk aan en Tiaz geniet van alles wat hij ziet en onderweg tegenkomt. Erg fijn om te zien!
Het slapen met z'n vieren gaat nu ook helemaal prima. Tiaz heeft zijn eigen hoekje achterin de camper en vermaakt zich met zijn Lego en ander speelgoed. En Cyenn heeft haar eigen bedje en slaapt daarin zowel buiten als binnen heel ontspannen. De kinderen krijgen natuurlijk veel aandacht van de Japanners, die de kinderen ontzettend "kawai" (=schattig) vinden.
We hebben inmiddels ook al aardig wat dieren gespot. Vooral op de eerste camping, daar zaten reuzenpissebedden, een reuzenwesp die een reuzenspin wegdroeg en een groen kikkertje in de douche. Maar we hebben er geen foto's van. En waar we nu zitten horen we iets dat klinkt als wasbeertjes in de bomen.
Het weer is tot nu toe klam en warm geweest, met een paar grijze, regenachtige dagen en 1 zonniger dag. Maar we zijn nu bij Mount Fuji op 1000 meter hoogte en hier is het vooral 's avonds behoorlijk fris. Maar dat is wel even lekker, ook om zonder airco in de camper te kunnen slapen, aangezien van deze camper de ramen wel open kunnen. We gaan de rest van de reis weer met frisse moed tegemoet en we zien wel weer waar we gaan uitkomen.
Het uitzicht bij onze camping op Mount Fuji.