Ehime
16-Jul-2018
We beginnen het vervolgverhaal met vrolijke plaatjes, zoals ook onze dag op 11 juli vrolijk begon.
Na 5 dagen werd het wel tijd om weer eens verder te trekken. Het noodweer was inmiddels voorbij, maar veel wegen waren nog steeds onbegaanbaar en zoals ook in het nieuws in Nederland is geweest, waren er veel doden en vermisten als gevolg van modderstromen, overstromingen en aardverschuivingen. Dus we waren gedwongen om onze route aan te passen en Hiroshima over te slaan. In plaats daarvan wilden we zo snel mogelijk verder trekken naar het zuiden, naar het eiland Kyushu. De enige begaanbare route daar naartoe was via een grote snelweg over Shikoku heen en met een tussenstop bij een stinkende industriestad, zijn we doorgereden naar de haven van Misaki.
Onderweg komen we regelmatig werk aan de weg tegen en daarbij gebruiken de Japanners bijzonder grappige paaltjes. Je krijgt er toch een "collect them all"-gevoel bij... dus dat doen we dan ook.
Ons plan was om ergens bij de haven een camping te zoeken, maar er was niet veel in de buurt. De enige normale camping in de buurt was nog anderhalf uur rijden van de haven, maar dat wilden we dan maar doen. De weg er naartoe leek heel normaal, geen sporen van overstromingen, dus we dachten dat we de rampgebieden ontlopen hadden. Totdat we van de snelweg af kwamen, bij de afslag naar de camping. Daar zagen we wat moddersporen hier en daar en wat stenen en takken langs de weg. Maar 6 kilometer voor de camping, was ineens de weg afgesloten. Er werd ons verteld dat we om konden rijden en dan via de andere kant van de weg zouden we alsnog bij de camping kunnen komen. Dat omrijden was alleen wel drie kwartier omrijden. We besloten dat dan maar te doen, want de afsluiting was alleen halverwege de weg en wij moesten net bij het einde van de weg zijn, dus dat leek allemaal te kunnen. Die weg liep meer door de bergen en daar zagen we steeds meer sporen van modderstromen en zooi die uit de bergen naar beneden was gekomen. Toch hadden we nog steeds niet het idee dat het in die mate was dat wij ons zorgen moesten maken. Totdat we bij het andere uiteinde van de afgesloten weg kwamen, waar het uiteraard ook afgesloten was en waar we aan het bushokje al konden zien dat het hier best heftig was geweest.
Maar de wegwerker die het verkeer hier begeleidde zei al meteen tegen ons: jullie willen vast naar camping Utopia? Nee, dat is geen probleem, dat is gewoon bereikbaar, ga maar door en dan linksaf en dan de brug over en dan kom je er wel, was de kern van zijn verhaal.
Dus wij rijden door en zien opeens de weg half weggespoeld zijn. Dan zit je toch ineens een stuk minder lekker in je auto.
En als we dan op het punt komen waar de wegwerker ons linksaf wilde sturen, zien we daar een electricteitspaal half omgevallen liggen, waar wij met onze 3 meter hoge camper misschien net wel, misschien net niet onderdoor passen. Dat gaan we dus maar niet doen.
En toen gebeurde het ondenkbare, precies op die plek. De auto sloeg af. En dat niet alleen, hij wilde ook niet meer starten. Al snel bleek tot onze grote schrik waarom: de tank was leeg! En je denkt alleen: dit kan niet waar zijn?!!! Hoe kan dit? Hoe kunnen we dit gemist hebben? Toen we wegreden die ochtend hadden we nog meer dan een halve tank. We weten dat we een tank van 80 liter hebben en we zouden 2 uur gaan rijden. Dus we hadden gezegd: als we bij de camping zijn, zullen we ongeveer nog een kwart tank hebben en gaan we een tankstation zoeken. Maar toen kwam de omleiding van drie kwartier door de bergen en waren we zo gefocust op de route en de moddersporen die we overal zagen, dat we niet meer op de tank hadden gelet en er is dus ook geen lampje gaan branden op het dashboard! Op zich, van alle denkbare plekken waar dit had kunnen gebeuren was dit 1 van de minst erge, want we waren niet op een drukke doorgaande weg, maar wel omringd door wegwerkmachines, die allemaal ook op diesel rijden. Die waren dus ook meteen om ons heen en hebben ons breed lachend geholpen. Ze belden even een rondje en binnen no time stond er een tankwagen naast onze camper. Phiew!
Ze gooiden er even 5 liter in, zodat we naar het dichtstbijzijnde tankstation konden rijden en daar hebben we de boel weer afgevuld. En meteen een leer voor de volgende keer: vanaf nu tanken we al bij een halve tank, want je weet nooit hoe ver je moet omrijden en je kunt maar beter goed gevuld rondrijden hier...
Vervolgens moesten we dus verder rijden richting de haven, waar nog een laatste camping was. We dachten eerst wat te gaan eten bij de dichtstbijzijnde McDonalds, maar al snel bleek dat het rampgebied een stuk groter was dan wij dachten en de impact van de overstroming hier nog heftiger was dan wij dachten.
Alle inboedel staat buiten om schoongemaakt te worden.
En ook van de Mac was niks meer over.
Hier nog een verkeersbord, waaruit wij moeten opmaken welke weg afgesloten is. Zelfs met google translate kunnen we er niks van maken.
Na een snelle snack bij de 24-uurs supermarkt Lawsons, zijn we uiteindelijk vlak voor het donker nog aanbeland bij de camping bij de haven. Helaas waren het toiletgebouw en de douches afgesloten. Maar we hebben een toilet in de camper, dus voor een paar uurtjes slaap was het te doen en de plek was mooi.
En de volgende dag zo vroeg mogelijk die boot op naar Kyushu. De bootreis verliep gelukkig wel soepeltjes, de zee was kalm, geen zieken aan boord en na een uurtje kwamen we keurig op tijd aan.
Daarna zouden we nog een uurtje moeten rijden naar onze eerste keuze camping. Maar eenmaal daar aangekomen bleek daar geen stroom te zijn en geen douches. Dus we moesten weer drie kwartier verder rijden naar keuze optie 2. Zij stuurden ons naar een camping verderop, die om onduidelijke reden gesloten bleek en ook niet geschikt leek voor campers. Keuze optie 3 was gesloten voor onderhoud. Dus na uren rijden kwamen we aan bij onze laatste optie, die gelukkig wel open was en waar we konden staan. Het stikte er wel van de irritante vliegjes, waardoor buiten zitten of buiten eten echt geen optie was. Maar ze hadden wel de grootste en meest geweldige speeltuin, die Tiaz zich kon wensen. Hij noemde het het spinnenpaleis, want overal zaten spinnen dwars over de paden en trappetjes met hun web. Tiaz maakte die dan kapot met een stok, waarna de spinnen 5 minuten later weer een nieuw web gemaakt hadden. Eindeloos plezier.
Een ander beestje op de camping, die we ook mooi vonden.
En een voorbeeld van een automaat bij een tankstation, waar je moet uitvogelen wat je moet indrukken om te kunnen tanken, tussen alle schreeuwende reclames door... Het is te doen, uiteindelijk.